Regels om American Football te spelen

Het veld en de spelers 

De sport American Football wordt altijd uitgevoerd op een rechthoekig veld van 110 meter bij 49 meter. De doellijnen bevinden zich aan de twee uiteinden van het veld en liggen 91 meter uit elkaar. Aan beide kant van het veld ligt ook een end zone van 9 meter lang, achter de doellijnen. Er zijn ook andere lijnen over het veld heen getrokken, om de 5 yards. Deze lijnen worden gebruikt om te bepalen hoeveel terrein een team heeft gewonnen na een aanvalspoging. Aan het einde van de twee end zones zijn weer twee goal posts geplaatst van zo’n 5,6 meter hoog. Tussen de doelpalen hangt er op 3 meter hoogte een lat. Spelers kunnen een punt scoren door de bal tussen de twee doelpalen door en boven het lat te schoppen. Een American Football team bestaat in totaal uit 46 spelers, waarvan er 11 op het veld staan. De spelers op het veld kunnen we verdelen in drie categorieën: 

• Offense

• Defense

• Special teams

De wedstrijdduur bij American Football 

Een American Football wedstrijd is opgedeeld in vier delen van 15 minuten. Tussen het tweede en derde kwart is er een pauze. De tijd loopt echter niet constant, in sommige gevallen wordt de klok stopgezet. Gemiddeld genomen duurt een wedstrijd 2,5 uur. Is er na het einde van het vierde kwart sprake van een gelijk spel is, komt er een ‘overtime’ en wordt de wedstrijd met 15 minuten verlengd. Die 15 minuten zijn een ‘sudden death’, het eerste team dat scoort, wint de wedstrijd. Is het na deze 15 minuten nog steeds gelijkspel, dan eindigt de wedstrijd in een gelijkspel. Moet er echt een winnaar bepaald worden, dan worden er ‘play-offs’ gespeeld. De wedstrijd wordt dan net zo lang verlengd totdat er een winnaar bekend is.

Het spelverloop en doelpunten scoren

Iedere American Football wedstrijd begint met het opgooien van een munt, hiermee bepalen de teams wie er begint met aanvallen en wie er begint met verdedigen. Het verdedigende team trapt vervolgens de bal vanaf de 35-yardlijn naar de andere kant van het veld. Dit noemen ze de ‘kick-off’. Het aanvallende team probeert de bal te vangen en probeert zoveel mogelijk terrein te winnen door de bal richting de end zone van hun tegenstander te brengen. Dit doen ze tot ze gestopt worden door het verdedigende team. Vanaf dat moment beginnen ze met aanvalspogingen. Het aanvallende team heeft iedere keer vier aanvalspogingen om minstens 10 yards aan terrein te winnen richting hun tegenstander. Slaagt het aanvallende team erin om 10 yards of meer aan terrein te winnen, dan krijgen ze nog eens vier pogingen. Dit gaat door totdat het aanvallende team een punt scoort of het verdedigende team de bal weet te onderscheppen. Als het aanvallende team de bal verliest, worden zij het verdedigende team en andersom. Spelers kunnen op drie manieren doelpunten scoren in een American Football wedstrijd:

• Een touchdown: Een speler kan een touchdown scoren door met de bal in de end zone van de tegenstander te komen of door de bal toegeworpen te krijgen door een medespelers als hij in de end zone van de tegenstander staat. Voor een touchdown krijgt een team 6 punten. 

• Een fieldgoal: Een speler kan een fieldgoal scoren door de bal vanaf het veld tussen de doelpalen en boven de lat te trappen. Voor een fieldgoal krijgt een team 3 punten. 

• Een safety: Het verdedigende team kan een safety scoren. Dit is mogelijk als het aanvallende team terug wordt gedrongen in hun eigen end zone en de baldrager getackeld wordt of uit de end zone wordt verdreven. Het verdedigende team ontvangt in sommige gevallen ook een safety als het aanvallende team overtredingen maakt in de eigen end zone. Voor een safety krijgt een team 2 punten.