Regels om voetbal te spelen

We kunnen met zekerheid zeggen dat voetbal één van de meest populaire sporten ter wereld is. De meeste mensen kennen in ieder geval wel de basisregels van de balsport, al blijft buitenspel voor de leken toch nog vaak een vaag begrip. Daarnaast bedenkt de jeugd nog wel eens eigen regels en spelen vriendenteams regelmatig met ‘aangepaste regels’. Maar wat zijn nu eigenlijk de officiële regels van de geliefde sport voetbal? Op deze pagina gaan we het hier uitgebreid over hebben!

Officiële voetbal regels downloaden →

Uitleg over voetbal:

    Goal bij voetbal

    Een paar leuke weetjes over de sport voetbal

    • Voetbal wordt in Amerika ‘Soccer’ genoemd en in Engeland ‘Football’.

    • Voetbal is ontstaan in China.

    • Bij het grootste voetbaltoernooi ooit waren er 5098 teams aanwezig.

    • Het grootste aantal doelpunten dat één speler ooit in een wedstrijd scoorde was 16.

    • Tijdens een wedstrijd loopt een voetballer gemiddeld 9,65 kilometer.

    • De eerste basketbalwedstrijd ooit werd gespeeld met een voetbal.

    Buitenspel bij voetbal

    Geschiedenis van voetbal

    Vandaag de dag kunnen we ons niet meer voorstellen dat er een tijd was zonder voetbal, maar die is er weldegelijk geweest. De sport voetbal is namelijk pas officieel ontstaan in 1863, het jaar dat de Football Association werd opgericht. Maar eigenlijk werd het spel dat we nu voetbal noemen al veel langer gespeeld. Over wanneer de sport precies is ontstaan speelt al lang een discussie. Uit afbeeldingen en geschriften van meer dan tweeduizend jaar geleden kunnen we al opmaken dat er een soortgelijk spel werd gespeeld. In militaire geschriften uit de derde eeuw voor Christus uit China wordt al gesproken over een spel waarin men probeert een leren bal, die gevuld is met veren of haar, in het bamboe net van de tegenpartij te krijgen. Daarnaast zijn er ook andere versies van voetbal bekend uit de tijd van de Romeinen en de Oude Grieken. In Engeland werd het spel gespeeld met een opgeblazen dierenblaas. In de dertiende eeuw werd het echter verboden om het te spelen omdat het zo populair was dat het ‘afleidde van belangrijke zaken’.

    Tackle bij voetballen

    5 belangrijkste spelregels voetbal

    1. Buitenspel

      Voor mensen die zich niet veel met voetbal bezig houden, is dit vaak de regel die het meest verwarrend is. Je kunt alleen buitenspel staan als je op de helft van de tegenpartij staat. Een speler staat buitenspel wanneer de speler zich dichter bij de doellijn van de tegenstander bevindt dan de bal en de voorlaatste tegenstander of de twee laatste tegenstanders. De voorlaatste tegenstander kan in deze regel ook de doelman of doelvrouw zijn.

    2. Vrije trap en penalty’s

      Een penalty is een strafschop die de gedupeerde krijgt wanneer er een overtreding wordt gemaakt door de tegenstander in het strafschopgebied. Als er sprake is van een penalty, mag een speler uit het gedupeerde team naar keuze 1 tegen 1 tegen de keeper een schot op het doel doen vanaf de penaltystip. De rest van de spelers uit beide teams mogen niets doen. Een vrije trap is een trap die genomen wordt vanaf een plek buiten het strafschopgebied nadat er een overtreding is gemaakt. Anders dan bij een penalty mag een vrije trap geblokt worden op afstand en mogen andere spelers tussen het doel en de keeper staan. Een vrije trap mag zowel direct als indirect genomen worden. Dat betekent dat de speler rechtstreeks op het doel mag schieten of dat hij eerst een voorzet mag doen naar een andere speler. Penalty’s worden niet alleen als straf gebruikt, maar ook om een gelijkspel te beslissen. Tijdens belangrijke toernooien, zoals het EK of het WK, wordt er eerst een verlenging gespeeld. Is er dan nog geen winnaar, dan gaan ze over naar een strafschoppenserie. Het team dat de meeste strafschoppen in het doel krijgt, is dan de winnaar. In sommige gevallen wordt de verlenging overgeslagen en worden er meteen strafschoppen genomen. Dit gebeurt vooral bij competities zoals de Johan Cruijff Schaal in Nederland. Voordat de penaltyserie begint, wordt er opnieuw getost. De speler die de toss wint, kiest aan welke kant van het speelveld de strafschoppen genomen zullen worden. De trainer spreekt met zijn of haar spelers af welke spelers uit het team de strafschoppen gaan nemen. Allebei de teams mogen vijf penalty’s nemen en het team dat hiervan de meeste goals maakt, is de winnaar. Hebben de teams evenveel goals gescoord, dan gaan de strafschoppen over in een sudden-death systeem. Dit betekent dat de eerste misser de verliezer bepaalt. Moeten er elf strafschoppen worden genomen in totaal, dat komt iedere speler van een team aan de beurt, ook de keeper.

    3. Rode en gele kaarten

      In het voetbal kun je als speler bij een overtreding een gele of een rode kaart krijgen. Een gele kaart staat gelijk aan een officiële waarschuwing, die naast een penalty of een vrije trap wordt gegeven aan de speler die de overtreding begaat. Een gele kaart heeft in principe geen directe gevolgen, maar als dezelfde speler in die wedstrijd een tweede gele kaart krijgt, wordt het een rode kaart. Wanneer een speler een rode kaart krijgt, is deze verplicht het veld per direct te verlaten. Die speler mag vervolgens niet worden vervangen door een wisselspeler en dus moet het team met een man minder doorspelen. Een rode kaart wordt niet alleen gegeven na een tweede gele kaart. Bij een ernstige overtreding ontvangt een speler meteen een rode kaart.

    4. Hands

      Hands is de term voor een voorval waarin de bal op een niet toegestane manier in contact komt met de hand of arm van een speler. De keeper is in de meeste gevallen vrijgesteld van deze regel, zolang hij in zijn eigen strafschopgebied aanwezig is. In sommige gevallen is het voor de keeper echter ook niet toegestaan de bal met zijn handen of armen aan te raken, bijvoorbeeld bij een overtreding van de terugspeelbalregel. Er zijn een hoop factoren die bepalen of iets wel of geen hands is, vandaag de dag wordt ook de VAR gebruikt om te bepalen of dit wel of niet het geval is.

    5. Schouderduw en tackelen

      Een schouderduw en een duw of duwen met de schouder zijn in het voetbal twee totaal verschillende dingen. Met een schouderduw wordt in het voetbal bedoeld dat twee spelers met hun schouders tegen elkaar duwen. Dit met beide ogen gericht op de bal, waarbij beide spelers de bal kunnen spelen. De bal moet dus voor beide spelers binnen bereik zijn. Als dit op deze manier gebeurt, is er geen sprake van een overtreding. Raakt de schouder van een speler iets anders van de andere speler, bijvoorbeeld de rug, dan is die eerste speler in overtreding. Meestal met een gele kaart en een penalty of vrije trap als gevolg. Een tackle is een belangrijk onderdeel van de verdediging bij voetbal. Hiermee kun je de bal afpakken van een tegenstander. Resulteert een tackle er echter in dat degene die getackeld wordt valt, dan kan dit leiden tot een overtreding.

    Overige regels bij voetbal

    De belangrijkste regels binnen het voetbal hebben we inmiddels besproken, maar er zijn meer regels waar voetballers rekening mee dienen te houden. In de volgende alinea’s gaan we nog wat verder in op die regels en op de manier waarop ze worden ingezet. Daarnaast gaan we het hebben over de verschillende soorten voetbaltoernooien die er zijn.

    Ingooi

    Een ingooi is de term die gebruikt wordt voor het gooien van de bal vanaf de zijlijn. De ingooi wordt uitgevoerd door een lid van het team dat niet als laatste de bal heeft geraakt als deze over de lijn gaat en dus buiten spel is.

    Posities binnen de ploeg

    Er zijn een aantal posities die je terugvindt in een voetbalploeg. Er kan gebruik worden gemaakt van verschillende opstellingen, maar hierin gaan we even uit van de 4-3-3 opstelling:

    • Keeper: De keeper staat bij het doel en verdedigt dit.

    • Links back: Dit is de verdediger in de linkerhoek, vanaf de keeper gezien.

    • Rechts back: De verdediger die in de rechterhoek staat, vanaf de keeper gezien.

    • Centrale verdedigers: In een 4-3-3 opstelling staan er twee spelers centraal naast elkaar. Vaak komt er bij het aanvallen 1 naar voren.

    • Linker middenvelder: Deze speler staat links op het middenveld.

    • Centrale middenvelder: Deze speler staat midden op het middenveld en is vaak ook een belangrijke spelverdediger.

    • Rechter middenvelder: Deze speler staat rechts op het middenveld.

    • Links buiten: Dit is de linker aanvaller.

    • Rechts buiten: Dit is de rechter aanvaller.

    • Spits: Dit is de centrale aanvaller.

    Met de verschillende opstellingen kan veel gespeeld worden. Er kan bijvoorbeeld met een verdediger minder worden gespeeld en dan juist met een extra middenvelder. Dit is een 3-4-3 opstelling. Hierbij kan er dan weer worden gekozen voor één of twee aanvallende middenvelders of juist verdedigende middenvelders.

    Corner

    Een corner is een hoekschop, een trap vanaf de hoek bij het vijandige doel. Een corner wordt aan een speler toegewezen wanneer de bal via de tegenstander over de achterlijn bij de keeper van de tegenstander het veld uit gaat.

    VAR

    We hadden het eerder al over de VAR, die vandaag de dag ingezet wordt om te bepalen of er een overtreding is begaan of niet. VAR is een afkorting voor Video Assistant Referee. Het is een scheidsrechter die buiten het veld de arbitrage kan ondersteunen in het nemen van beslissingen tijdens de wedstrijd. Dit wordt gedaan met behulp van de beelden van de camera’s die in het stadion hangen.

    Digitaal voetbal

    Ook in het voetbal is er steeds meer sprake van digitalisering. Denk bijvoorbeeld aan het steeds intensievere gebruik van de VAR. Maar ook voor het vermogen van de spelers wordt de digitale wereld steeds belangrijker. Denk bijvoorbeeld aan social media. Bekende voetballers worden vandaag de dag net zo aanbeden door hun fans als acteurs of artiesten, daarom is hun aanwezigheid op social media erg belangrijk. Hun populariteit hangt hier tegenwoordig net zo goed van af als hun prestaties op het veld. Ook NFT’s spelen hier een grote rol in, dit is namelijk een belangrijk nieuw verdienmodel voor atleten en dus ook voor bekende voetballers.

    Veranderingen in het voetbal

    Een belangrijke verandering in het voetbal van deze tijd hebben we in de vorige alinea al benoemd, de digitalisering van het voetbal en de status die bekende voetballers hebben ten opzichte van hun fans en hun club. Maar door de jaren heen zijn er natuurlijk ook dingen veranderd in het spel zelf. Vanaf het seizoen van 2023/2024 komen er bijvoorbeeld 5 nieuwe regels bij in de Keuken Kampioen Divisie. Die regels zullen hier uit worden getest en indien succesvol worden ze waarschijnlijk ook in andere competities en toernooien ingezet. Eén van deze nieuwe regels gaat over de zuivere speeltijd. In plaats van een krappe 60 minuten zuivere speeltijd, wil de KNVB wedstrijden in gaan korten naar 2 keer 30 minuten. Daarnaast willen ze gaan intrappen in plaats van ingooien. Ook zal het dribbelen bij een vrije trap voortaan toe worden gestaan. Een vierde verandering die in zal gaan in dit seizoen is de introductie van een tijdstraf. Bij het ontvangen van een gele kaart moet een speler dan 5 minuten naar de kant. Dit om een directe consequentie te hangen aan de eerste gele kaart, zodat er minder gedoe ontstaat rondom gele kaarten. Ten slotte wil de KNVB graag dat er onbeperkt gewisseld kan worden in een wedstrijd. Dit levert meer spektakel op en zorgt ervoor dat het spel niet stil hoeft te liggen omdat teams gebruik kunnen maken van vliegende wissels.

    Gedragsregels

    Net zoals bij iedere andere sport, komen er bij voetbal naast speltechnische regels ook gedragsregels kijken. In deze regels staat onder andere dat iedere speler sportief dient te blijven, dat ze het werk van vrijwilligers respecteren, dat er een plezierige en veilige omgeving moet zijn binnen een team, dus geen racisme of discriminatie en dat iedereen elkaar en hun omgeving dient te respecteren.

    Tijd van een wedstrijd, extra tijd en verlengingen van een wedstrijd

    Een voetbalwedstrijd duurt volgens de regels 90 minuten, verdeeld in twee helften van 45 minuten. Na die 90 minuten is het standaard gedeelte van de wedstrijd afgelopen, maar er is bijna altijd wel een verlenging. Een verlenging duurt twee keer 15 minuten en wordt dus in twee helften gespeeld, net als de 90 minuten van de wedstrijd. Mocht het nodig zijn, dan wordt hier door een official per verlengingshelft blessuretijd bijgetrokken. Dit betekent dat een verlenging in totaal 30 minuten duurt, blessuretijd niet meegerekend. Mocht de stand na het spelen van de verlenging nog steeds gelijk zijn, dan volgen er strafschoppen of een penaltyserie.

    Wisselen: hoeveel wissels?

    Het gebeurt regelmatig dat er spelers gewisseld worden tijdens een wedstrijd. Dit kan door een blessure zijn, maar dat hoeft niet per se. In mei 2020 is besloten het maximaal aantal wissels per wedstrijd te verhogen van 3 naar 5. Dit geldt zowel in het juniorenvoetbal als in het seniorenvoetbal. Dit werkt nog net iets anders als er sprake is van een verlenging. In een verlenging mogen teams namelijk één extra speler wisselen, ook als ze de standaard 5 wissels al hebben gebruikt. Ook krijgt ieder team dus één extra wisselmoment, ook als de standaard 3 momenten al zijn gebruikt. Naast dit extra moment om te wisselen, mogen er spelers worden gewisseld voor het begin van de verlenging en tijdens de rust in de verlenging. Heeft een team tijdens de reguliere wedstrijd hun maximum van 5 wissels en 3 wisselmomenten niet gebruikt, dan mogen ze de overgebleven wissels en momenten nog inzetten in de verlenging.

    Verschillen tussen junioren en senioren

    In het voetbal wordt er onderscheid gemaakt tussen de junioren en senioren. Wanneer kinderen 13 of 14 zijn worden ze junioren in plaats van pupillen. Dit zijn vaak dus kinderen die net naar de Middelbare School zijn gegaan. Voor junioren zijn er aparte, op maat gemaakte toernooien met andere regels dan het seniorenvoetbal dat we van tv kennen.

    Leeftijdscategorieen in het voetbal

    Er zijn een hoop leeftijdscategorieen waar onderscheid in wordt gemaakt in het voetbal. Dit begint bij de eerste categorie van het pupillenvoetbal, voor kinderen onder de 6 jaar. Voor deze kinderen is er een soort twee tegen twee wedstrijdvorm ontwikkeld door de KNVB. In deze wedstrijdvorm komen de kinderen veel aan de bal, scoren ze veel en zijn ze lekker betrokken bij het spel. Bij voorkeur worden deze wedstrijden gespeeld in toernooivorm. De KNVB organiseert zelf geen competitie voor deze wedstrijdvorm, maar dit kan wel intern in een club of bijvoorbeeld bij een buurtvereniging worden gedaan.

    Er is ook een pupillencategorie Onder de 7. Voor hen is het vooral belangrijk dat ze op spelenderwijze het spel leren kennen. Het voetbalaanbod voor kinderen van deze leeftijd moet er dus vooral op gericht zijn om de kinderen zoveel mogelijk spelplezier te bieden. Voor deze categorie zijn er wedstrijden van vier tegen vier. Deze wedstrijdvorm kan op een aantal manieren aan worden geboden:

    • Binnen de eigen vereniging

    • Lokaal of regionaal, georganiseerd door een aantal verenigingen

    • Deelname aan het KNVB-aanbod, met regionale toernooitjes voor de pupillen

    De KNVB organiseert voor deze leeftijdscategorie wekelijks voetbalaanbod. Verenigingen die hieraan deelnemen worden op verschillende manieren ondersteund door de KNVB. Kinderen van Onder de 7 kunnen een voetbaldiploma halen, die bewerkt kan worden met een eigen clublogo.

    De pupillen onder de 8, onder de 9 en onder de 10 spelen zes tegen zes wedstrijden op bijna een kwart van een normaal voetbalveld. De scheidsrechter neemt in deze categorie de rol van spelbegeleider aan. Deze persoon beweegt niet in het veld, maar langs het veld en geeft daarbij de spelers zoveel mogelijk de ruimte om zelf het spel te ontdekken. De spelbegeleider grijpt alleen in als er duidelijk sprake is van overtreding van de regels en legt deze dan nogmaals uit. Er worden bij deze leeftijdscategorie geen uitslagen en standen meer gepubliceerd. Uit onderzoek blijkt namelijk dat kinderen van deze leeftijd nog niet weken vooruit kunnen kijken en dus geen interesse hebben in standen en uitslagen.

    De laatste categorie in het pupillenvoetbal, is de categorie Onder 11 en Onder 12. Deze pupillen spelen acht tegen acht wedstrijden op bijna de helft van een compleet voetbalveld. De wedstrijden in deze categorie worden geleid door een pupillenscheidsrechter. Vanaf deze leeftijdscategorie publiceert de KNVB ook actief de standen en uitslagen. Vanaf de 13 of 14 jaar gaan de pupillen over naar het juniorenvoetbal.

    Welke typen toernooien zijn er?

    Er zijn verschillende typen toernooien binnen het voetbal, meer dan alleen de bekende formats zoals het EK en het WK. Bij het EK en het WK wordt gewerkt met een poulefase om te bepalen welke teams permanent door mogen naar het officiële toernooi. Na de poulefase gaan teams door naar de beste 8, dan de beste 4 en daarna komt de finale van het toernooi. Bij deze toernooien wordt dus met een ander systeem gewerkt dan bijvoorbeeld bij de KNVB beker. Bij dit toernooi wordt namelijk gespeeld met het knock-out systeem. Dit betekent dat je definitief bent uitgeschakeld als je een wedstrijd verliest. Daarnaast bestaan er de play-offs, waarbij teams twee wedstrijden tegen elkaar spelen. Het doel van een play-off is om een kampioen te bepalen of een promotie of degradatie.

    Het competitiemodel

    Het huidige competitiemodel dat het Nederlands topvoetbal volgt, bestaat sinds 2016/2017. Dit model bestaat uit een Eredivisie, een Eerste divisie, een nieuwe Tweede divisie, twee Derde divisies en vier Hoofdklassen.

    Eredivisie: Dit is het hoogste voetbalniveau van Nederland. In deze competitie spelen 18 teams tegen elkaar om de landstitel en tickets voor het Europees voetbal. De nummers 1 en 2 plaatsen zich voor de voorrondes van de Champions League en de nummer 3 voor de voorrondes van de Europa League. De vier teams die daarna het hoogst zijn geëindigd, plaatsen zich niet automatisch voor het Europees voetbal. Zij spelen nog play-offs tegen elkaar om het laatste ticket voor de voorrondes van de Europa League. Sinds het seizoen van 2019/2020 is de regel ingegaan dat er 2 teams zijn die meteen degraderen naar de Eerste divisie. De nummer 16 speelt ten slotte met de vier periodekampioenen uit de Eerste divisie én de 2 teams die het hoogst zijn geëindigd, maar niet meteen zijn gepromoveerd om de laatste plek in de Eredivisie.

    Eerste divisie: Dit wordt ook wel de Keuken Kampioen divisie genoemd en hij bestaat uit 20 teams, waaronder 4 beloftenteams. De kampioen van deze divisie en de nummer 2 promoveren direct naar de Eredivisie. Tot nu toe is er nog geen regel rondom promotie of degradatie tussen de Eerste divisie en de Tweede divisie.

    Tweede divisie: Sinds het seizoen van 2016/2017 is er een nieuwe Tweede divisie in het Nederlandse competitiemodel gekomen. Deze competitie is bedoeld om de overgang van het amateurvoetbal naar het betaald voetbal makkelijker te maken en bevat 18 teams, waaronder 2 beloftenteams. De Tweede divisie wedstrijden vinden plaats op de zaterdag en zondag. Iedere club kan voorafgaand aan het seizoen een voorkeur uitspreken voor de dag waarop ze hun thuiswedstrijden willen spelen. Zaterdagclubs spelen altijd tegen andere zaterdagclubs en zondagclubs spelen altijd tegen andere zondagclubs. Daarnaast spelen zaterdagclubs tegen zondagclubs op zaterdag om 18:00 uur. De twee clubs kunnen eventueel onderling een ander tijdstip afstemmen, zolang dit op tijd wordt besproken en is goedgekeurd voor aanvang van de wedstrijd.

    Derde divisie: De Derde divisie is nu dus een belangrijke opstap geworden naar de Tweede divisie en hoger. De competities bestaan over het algemeen uit 18 teams, waarvan 1 beloftenteam. Deze teams spelen op de zaterdag en zondag tegen elkaar. De teams kunnen dus ook in deze divisie een voorkeur aangeven voor de speeldag. De elftallen die als 15e en 16e eindigen van de 16 eerste elftallen in de Tweede divisie degraderen meteen naar de Derde divisie zaterdag en zondag. De kampioenen van de Derde divisie promoveren direct naar de Tweede divisie. De teams die als 13e en 14e eindigen van de 16 eerste teams van de Tweede divisie en de in totaal 6 periodekampioenen uit de Derde divisie spelen tegen elkaar om twee plekken in de Tweede divisie.

    Hoofdklassen: De Hoofdklassen worden ook op de zaterdag en zondag gespeeld en bestaan over het algemeen uit 4 poules van 16 teams. Sinds het seizoen van 2018/2019 zitten er geen beloftenteams meer in de Hoofdklassen. De teams die als 15e en 16e eindigen van de eerste 16 teams in de Derde divisie degraderen meteen naar de Hoofdklassen. De kampioenen van de Hoofdklassen A en B promoveren direct naar de Derde divisie zaterdag of zondag. De teams die als 13e en 14e eindigen van de eerste elftallen na afloop van de reguliere competitie in de Derde divisie en de zes periodekampioenen van de Hoofdklasse A en B spelen om één plaats in de Derde divisie.

    Officiële regels van voetbal downloaden

    Ben je benieuwd naar de uitgebreide versie van de officiële regels van voetbal? Op de website van de KNVB kun je de regels van het veldvoetbal downloaden! Hier vind je ze ook, zodat je niet hoeft te zoeken.

    Officiële voetbal regels downloaden →

    Hoe speel je voetbal: de basis

    Voetbal wordt, zoals de naam al zegt, gespeeld met de voeten, maar daarnaast worden ook het hoofd, de benen, de borst en de schouders gebruikt. Voetbal is een teamsport met verschillende rollen, zoals de keeper, de verdedigers en de aanvallers. Het doel is om meer doelpunten te scoren dan het andere team in een wedstrijd van 90 minuten.

    1. Basistechnieken van het voetbal

    Om te beginnen moet je de basistechnieken van het voetbal aanleren. Deze technieken zijn het pasen, ofwel het overspelen naar elkaar, wat je kort, lang, hoog of laag kunt doen. Daarnaast is natuurlijk het schieten op het doel belangrijk, want dit is hoe je een doelpunt probeert te scoren. Dit kan geplaatst worden gedaan, bijvoorbeeld met de binnenkant van je voet, harder met de wreef of zelfs met de buitenkant van je voet. Ook koppen hoort bij de basistechnieken van deze sport. Het is een techniek die je zowel in de aanval als in het verdedigen kunt gebruiken. Tot slot is de manier waarop je beweegt op het veld belangrijk voor de basis. Bijvoorbeeld het vrijstaan en vrijlopen om ruimte te maken. Hieronder de basistechnieken van het voetbal op een rij:

    Dribbelende techniek: Je kunt bij voetbal de bal dribbelen door licht contact te maken met de bal en de bal dichtbij je voeten te houden. Je kunt het beste de voorrand van je voet gebruiken als je dribbelt terwijl je rent. Dribbelen wordt ook wel een ‘zelfpass’ genoemd, aangezien je de bal constant van je ene naar je andere voet overspeelt.

    Schoptechniek: Dat de schoptechniek belangrijk is bij voetbal, is natuurlijk wel logisch. Schoppen maakt het grootste deel uit van de sport. Je kunt drie verschillende technieken gebruiken voor het schoppen van de bal. Je kunt je buitenbenen, je binnenbenen of de wreef van je voet gebruiken om de bal te schoppen.

    Passing techniek: Het overspelen naar je medespelers is ook een erg belangrijk onderdeel van het voetbal. Het is niet voor niets een teamsport. Er zijn drie technieken te onderscheiden in het overspelen van de bal: met de buitenkant van de voet, het binnenbeen en de wreef van de voet. Wat hierin heel belangrijk is, is de kracht die je op de bal zet, afhankelijk van hoe ver weg je medespeler staat.

    Ball-hold techniek: Dit is het beheersen en vasthouden van de bal, als je deze in je bezit hebt. Dit kun je doen met de voeten, benen, borst en dijen. Deze techniek is bijvoorbeeld belangrijk wanneer een medespeler de bal naar jou overspeelt. Om de bal aan te nemen, is het belangrijk dat je hem eerst vasthoudt en beheerst.

    Rubriekstechniek: Deze techniek houdt het koppen van de bal in, wat in sommige situaties erg handig kan zijn. Er wordt ook wel eens gescoord door middel van een kopbal. Om de bal te koppen moet je bijna altijd een sprong maken. De timing hiervan is met name erg belangrijk om de kopbal goed uit te voeren. Gebruik met voorkeur je voorhoofd voor het koppen van de bal, niet de kroon van je hoofd, hiermee heb je namelijk meer controle over de richting die je de bal in kopt.

    Onderscheppingstechniek: Dit is natuurlijk ook een belangrijke techniek, want het zorgt ervoor dat je de bal af kunt pakken van een tegenstander. Noodzakelijk voor het balbezit dus. Om dit goed te kunnen doen, is het in eerste instantie erg belangrijk om de bewegingen van je tegenstander te kunnen lezen. Bij een onderschepping moet je wel opletten dat je enkel de bal raakt, niet de voet of enkel van de tegenstander. Dit wordt namelijk gezien als een overtreding.

    Scoop techniek: Dit is ook een manier om de aanval van een tegenstander te onderbreken, net als de onderscheppingstechniek. Dit is echter een meer riskante techniek dan de onderschepping, want de kans dat je de tegenstander verwondt is groter. Ben hier dus altijd voorzichtig mee, vooral als je het nog aan het leren bent. Bij de scoop techniek pas jij jouw snelheid aan ten opzichte van jouw tegenstander, laat jij jezelf vallen en strek je een van je benen om de bal te stoppen.

    Werptechnieken: Werptechnieken zijn belangrijk voor het gooien van de bal, bijvoorbeeld bij een ingooi, maar natuurlijk zeker als je keeper bent.

    Keeptechniek: De keeptechniek is het vangen van de bal als keeper. Het is de allerlaatste verdediging voor een team, als de bal recht op het doel afkomt. Bij deze techniek zijn vooral je reflexen erg belangrijk, omdat je op tijd moet kunnen reageren en de juiste kant op moet rennen of springen.

    Jongleren: De jongleertechniek is het besturen van de bal door deze in de lucht te houden met enkel je been en voet. Hiermee kun je in sommige gevallen je tegenstanders verwarren. 

    2. Je aanmelden bij een vereniging

    Als jij je inschrijft voor een voetbalvereniging, wordt je automatisch ook lid van de KNVB. Vooral voor de jeugd is het belangrijk om lid te worden van een vereniging, voor het team- en groepsgevoel dat bij de sport komt kijken. Er zitten enorm veel voetbalverenigingen in Nederland, dus er is er altijd wel een bij jou in de buurt!

    Begin met voetbal op straat

    Heb je nog geen of weinig ervaring met de sport, dan kun je beginnen met voetbal spelen op straat. Je kunt hiermee al beginnen met het ontwikkelen van je behendigheid, die erg belangrijk is bij het spelen van voetbal. Er wordt op straat niet altijd met de officiële regels van voetbal gespeeld, een spelvorm genaamd ‘tienen’ komt bijvoorbeeld veel voor. Hier heb je minimaal drie spelers en een doel voor nodig. Spelers moeten de bal minstens één keer door de lucht overspelen voordat ze door de lucht scoren in het doel. De veldspelers en de keeper wisselen elkaar bij tienen steeds af. De veldspelers proberen natuurlijk te scoren bij de keeper. Lukt dit, dan verliest de keeper punten, niet meteen het hele team. Iedere speler begint met 10 punten. Wanneer één speler al zijn of haar punten kwijt is, eindigt het spel. Tienen wordt gespeeld op een straatvoetbalveld met één doel. Het veld bestaat dus alleen uit het spelersveld en het keepersgebied. Wanneer de bal buiten het speelveld de grond raakt, is deze uit. De keeper mag de bal vangen wanneer minstens één lichaamsdeel zich op de grond in het keepersgebied bevindt. Er zijn een paar situaties waarin de keeper gewisseld wordt:

    • De bal komt na een stuit voor de lijn in het doel terecht

    • De bal raakt de grond buiten het speelveld

    • De bal wordt gevangen door de keeper

    Bij een wissel wordt de veldspeler die de bal als laatste heeft aangeraakt de nieuwe keeper.

    Voetballer geeft de bal aan

    Benodigdheden om te voetballen

    Wat heb je nodig om voetbal te spelen:

    • Goede voetbalschoenen 

    • Scheenbeschermers 

    • Voetbalsokken

    • Een voetbaltenue 

    • Een trainingspak 

    • Thermokleding voor de winter 

    • Een bidon

    • Een sporttas voor je spullen

    Vrije trap geven bij voetbal

    Regels voor scheidsrechters

    In het voetbal zijn er niet alleen spelregels en gedragsregels voor de spelers, maar natuurlijk ook voor en omtrent de scheidsrechters. Iedere wedstrijd staat onder de leiding van een scheidsrechter. Hij of zij heeft het volledige gezag om de spelregels toe te passen tijdens de wedstrijd. De scheidsrechter zal de hele wedstrijd zo goed mogelijke beslissingen nemen, in overeenstemming met de regels en de geest van de sport. Er zijn bepaalde signalen die je als scheidsrechter moet kennen, om aan te geven wat er moet gebeuren. Bijvoorbeeld wanneer er een kaart uitgedeeld wordt of een strafschop toegekend wordt. De verplichte uitrusting van een scheidsrechter bestaat uit een fluitje, horloge, rode en gele kaarten en een notitieboekje of iets anders om het wedstrijdverloop mee bij te houden. Daarnaast mogen scheidsrechters gebruik maken van apparatuur om te communiceren met andere officials en EPVS of een andere uitrusting waarmee jij jouw lichaamsconditie kunt registreren.

    De voorbereiding van de wedstrijd

    Als scheidsrechter dien je 30 minuten voor het begin van de wedstrijd aanwezig te zijn en je melden bij de leider van het team waarvoor je gaat fluiten, zodat deze persoon door kan gaan met de voorbereidingen voor het team. De scheidsrechter controleert de spelerspassen en het wedstrijdformulier van het team en eventueel de dispensatiepapieren. De scheidsrechter dient geschikte sportkleding en goede schoenen te dragen. In de bestuurskamer kan de scheidsrechter in de kast scheidsrechtershirts vinden. Hier liggen ook stopwatches, fluitjes, schrijfboekjes en pennen. Voor wedstrijden op een groot veld kan de scheidsrechter hier ook terecht voor vlaggen. Iedere leider heeft vaak zelf een goede wedstrijdbal meegenomen. Voor het tossen gebruikt de scheidsrechter een muntstuk. De winnaar van de tos kiest de speelhelft en de verliezer krijgt de aftrap. Als de wedstrijd af is gelopen, wacht de scheidsrechter tot beide teams van het veld af zijn en gaat dan pas naar de kleedkamers toe.

    De afronding van de wedstrijd

    Wanneer de wedstrijd af is gelopen, vult de scheidsrechter het digitale wedstrijdformulier in. De leider van het team helpt hier in sommige gevallen mee, maar de uitslag moet door de scheidsrechter worden bevestigd. Ook de kaarten die tijdens de wedstrijd zijn gegeven, kunnen hier in worden gevoerd. Na de wedstrijd geeft de scheidsrechter de materialen die hij of zij heeft gebruikt weer terug aan de leider van het team. De leider zorgt ervoor dat die spullen weer op hun plek terugkomen.

    Regels rondom de wedstrijdcontrole

    Tijdens een wedstrijd dient de scheidsrechter te zorgen voor de veiligheid van de spelers en objectiviteit. Er zijn 12 regels die belangrijk zijn voor een goede controle van het spel:

    • De scheidsrechter dient correct gekleed te zijn en gebruik te maken van een luide fluittoon.

    • De scheidsrechter dient een duidelijke en korte verklaring te geven en niet te aarzelen.

    • De scheidsrechter dient streng te reageren op gebeurtenissen die belangrijk zijn in het begin van het spel, zoals: het trappen van een tegenstander, foutief uitgevoerde slidings, springen naar of op een tegenstander, onjuist aanvallen van een tegenstander, slaan, duwen of vasthouden, het spuwen van een tegenstander, onjuist uitvoeren van een tackle en het in de rede vallen van de scheidsrechter.

    • De scheidsrechter dient de aard van de wedstrijd te beoordelen.

    • De scheidsrechter dient snel en vastberaden af te fluiten bij grove overtredingen.

    • De scheidsrechter dient de wedstrijd van dichtbij te volgen in het geval van een gespannen sfeer.

    • De scheidsrechter dient regelmatig om te kijken en spelers recht in hun ogen aan te kijken.

    • De scheidsrechter dient een eventuele gele kaart zo rustig mogelijk te tonen.

    • De scheidsrechter dient ervoor te zorgen dat er geen misverstand ontstaat over de identiteit van de speler die in het geding is.

    • De scheidsrechter dient de overtreder in het geval van het toepassen van de voordeelregel te vermanen of te waarschuwen.

    • De scheidsrechter dient de gehele wedstrijd geconcentreerd en consequent te blijven.

    • De scheidsrechter dient constant op de hoogte te zijn van nieuwe ontwikkelingen in de regels.

    Veelgestelde vragen bij voetbal

    Wat zijn de basisregels bij voetbal?

    De belangrijkste basisregels bij voetbal zijn de regel omtrent buitenspel, de penalty’s en vrije trappen, de rode en gele kaart, hands en het schouderduwen en tackelen.

    Wat mag niet bij het spelen van voetbal?

    Je mag bij voetbal als speler de bal in de meeste gevallen niet met je handen of armen aanraken, gebeurt dit wel dan is het ‘hands’. Daarnaast mag je elkaar niet verwonden of opzettelijk duwen of omver schoppen of tackelen. Voor het onbeschoft zijn tegen scheidsrechter, publiek of medespelers kun je ook een rode kaart krijgen.

    Hoe werkt de aftrap bij voetbal?

    Alle spelers staan op de eigen speelhelft en alle tegenstanders bevinden zich buiten de middencirkel totdat de aftrap is genomen. De bal moet bij het nemen van de aftrap stilliggen op de middenstip. De aftrap mag genomen worden na het fluitsignaal van de scheidsrechter. De bal is in het spel als deze af is getrapt.

    Hoe laat moet je aanwezig zijn bij een voetbalwedstrijd?

    Bij thuiswedstrijden moeten spelers 30 minuten voor het begin van de wedstrijd aanwezig zijn en bij een uitwedstrijd is dit afhankelijk van de reistijd die een team nodig heeft.

    Wat zijn de afmetingen van een voetbalveld?

    De standaard afmetingen van een voetbalveld zijn 105 bij 68 meter.