Regels om hordelopen te beoefenen

Het hordelopen is een discipline binnen de atletieksport, waarbij atleten over een baan lopen waar op gelijke afstand van elkaar hindernissen neer zijn gezet. Die hindernissen worden ook wel horden genoemd. Het is de bedoeling dat de atleten over de hindernissen heen springen. De afstanden die vrouwen standaard lopen zijn 100 of 400 meter en de mannen lopen 110 of 400 meter. Bij iedere afstand zijn er 10 horden op de baan gezet. Als er sprake is van indoorwedstrijden, is de hordeloop in de meeste gevallen maar 60 meter. De 110 meter hordeloop maakt onderdeel uit van de tienkamp, die over het algemeen alleen door mannen wordt beoefend. De sport komt echter ook voor in de zevenkamp voor vrouwen, maar dan met 100 meter. Ben je benieuwd naar de regels en de geschiedenis van deze sport? Op deze pagina gaan we er uitgebreid op in!

Officiële hordelopen regels downloaden →

Uitleg over hordelopen :

    Hordelopen wordt beoefend door een vrouw die springt op de atletiekpiste

    Geschiedenis van het hordelopen

    Het hordelopen over kortere afstanden is geen oude sport, het wordt eigenlijk pas sinds de moderne tijd beoefend. De hindernissen die de organisatie gebruikt voor het hordelopen zijn te vergelijken met de hekken die in de paardensport bij het springen worden gebruikt. Net als de meeste moderne atletiekonderdelen, ontstond het hordelopen in Engeland in de negentiende eeuw. De allereerste hordeloop die bekend is, vond plaats in het jaar 1837 in Oxford op het Eton College. Deze hordeloop ging over een afstand van 100 yards. De hindernissen die de atleten toen gebruikten weken nog erg af van de horden die we vandaag de dag gebruiken. Het bovenste deel ervan was gemaakt van takken en riet, wat nog wel eens voor blessures zorgde als de atleten de hekken aanraakten. Vanaf het jaar 1845 behoorde hordelopen tot het vaste sportprogramma van Engelse Universiteiten.

    De sport wordt pas vanaf het jaar 1864 echt als wedstrijdsport beoefend. De hoogte van de horden in die periode was 3,5 voet, ofwel 106,7 centimeter. Dit is de hoogte die vandaag de dag nog wordt gebruikt voor de 110 meter hordelopen bij de mannen. De aanloop naar de eerste horde bij deze discipline is 13,72 meter en de afstand tussen de verschillende horden is 9,14 meter. De reden dat dit geen afgeronde maten zijn, is dat ze gebaseerd zijn op het Engelse meetsysteem. Hordelopen werd pas een sport voor vrouwen in de jaren 20. Dit begon in het jaar 1932.

    Man beoefent hordelopen en springt op de atletiekpiste

    Welke regels zijn er bij hordelopen?

    De accomodatie

    Een moderne horde is gemaakt van metalen buizen en een in hoogte verstelbaar U-vormig bovenstuk met een bovenlat die geverfd is in zwart en wit. De horden die we vandaag de dag gebruiken zijn zo gemaakt dat ze bij een kracht die groter is dan 3,6 kilogram omvallen, zodat atleten niet gewond of geblesseerd kunnen raken.

    De hoogte van de horden

    De hoogtes van de horden zijn afhankelijk van de discipline en het geslacht van de atleten. In de tabel hieronder zie je de verschillende disciplines en de hoogtes van de horden, de afstand van de aanloop en de tussenafstand tussen horden die erbij horen. Bij indoorwedstrijden zijn de afstanden korter, maar de hoogtes, aanloopafstand en tussenafstand zijn vergelijkbaar.

    OnderdeemHoogteAanloopTussenafstand
    100 m vrouwen 84,0 cm13,00 m8,50 m
    110 m mannen106,7 cm13,72 m9,14 m
    400 m vrouwen 76,2 cm45,00 m35,00 m
    400 m mannen 91,4 cm45,00 m35,00 m

    Als een atleet over een horde springt, is het niet toegestaan dat een van de voeten naast de horde komt. Atleten mogen de horden omwerpen, maakt niet uit hoeveel, zolang ze dit niet met de handen doen, want dat is een overtreding. Het omwerpen van een horde kost de atleet echter wel tijd en zorgt ervoor dat hij of zij uit het ritme valt. Daarom proberen atleten dit altijd te voorkomen. Mocht een atleet de baan verlaten, met een of beide voeten langs de horde terechtkomen of een horde overslaan, dan wordt deze persoon gediskwalificeerd.

    De techniek

    Voor het hordelopen is het natuurlijk belangrijk dat een atleet een goede sprinter is, maar ook een gebalanceerd pasritme en een goede hordetechniek kunnen niet ontbreken. Het is belangrijk dat de passen over de hordes harmonisch in het loopritme passen, zodat de sprintruimte optimaal benut kan worden. Iedere atleet moet een ritme vinden dat voor hem of haar werkt, afhankelijk van de discipline waarin ze deelnemen. We kunnen een hordeloop in drie fasen verdelen:

    1. De start en aanloop naar de eerste horde

    2. Het lopen tussen de horden

    3. De eindsprint

    De aanloop naar de eerste horde is relatief kort, wat betekent dat de atleet in een korte tijd veel snelheid moet maken. Daarom zetten veel atleten vaak zo’n twee meter voor de eerste horde af voor de vlakke hordepas. Dit zorgt ervoor dat hij of zij niet in de problemen komt door een zwaaibeen. Het bovenlichaam klapt bijna dubbel als het zwaaibeen volledig gestrekt is. Meteen nadat het zwaaibeen over de horde heen is, drukt de atleet zijn of haar kracht naar beneden voor de landing. Daarna gaat het bovenlichaam weer rechtop en wordt de volgende sprint ingezet. De armen zorgen voor evenwicht door met de bewegingen mee te zwaaien.

    Officiële regels van hordelopen downloaden

    Ben jij benieuwd naar de officiële regels van het hordelopen? Hier kun je het officiële reglement van hordelopen downloaden!

    Officiële hordelopen regels downloaden →

    Hoe beoefen je hordelopen?

    Als je graag wil beginnen met hordelopen, is het belangrijk dat je een goede sprinter bent, of hiervoor gaat trainen. Daarnaast moet je natuurlijk een loopritme vinden dat bij jou past en dat goed voor je werkt. Je hoeft niet per se een Olympisch atleet te willen worden om hordelopen te beoefenen. Er zijn ook een hoop kleinere wedstrijden waar je aan mee kunt doen als je het gewoon als hobby wil houden. Maar wat zijn nu de eerste stappen die je onderneemt als je hordelopen wil gaan beoefenen?

    1. Probeer wat uit met hordes

      Het is belangrijk dat je een ritme in het hordelopen vindt dat voor jou werkt. Wacht daarom niet te lang met het trainen met hordes. Pas als je een parcours voor jezelf uitzet, kun jij jezelf echt een bepaald loopritme aanleren.

    2. Leer de juiste techniek aan

      Als je een ritme hebt gevonden dat goed werkt voor jou, wordt het tijd om aan de juiste techniek te gaan werken. Dit kost even tijd om goed aan te leren, maar als je het eenmaal te pakken hebt, wordt het al snel een automatisme.

    3. Neem deel aan wedstrijden

      Als je het gevoel hebt dat je het loopritme goed te pakken hebt en dat je de juiste techniek onder de knie hebt, kun je mee gaan doen aan amateurwedstrijden. Op die manier kun jij jouw vaardigheden testen en erachter komen waarin je nog kunt verbeteren.

    Benodigdheden om te hordelopen

    Wat heb je nodig om hordelopen uit te oefenen:

    • Horden

    • Een geschikte baan

    • Goede hardloopschoenen

    • Stopwatch

    • Meetlat

    Vrouw beoefent hordelopen en springt op de atletiekpiste

    Veelgestelde vragen bij hordelopen

    Waar let je op bij hordelopen?

    De atleet moet naast het sprinten over een aantal hindernissen springen tijdens de wedstrijd. Het loopritme en de manier van springen zijn dus belangrijker dan de snelheid.

    Hoe hoog zijn de hindernissen bij hordelopen?

    Dit hangt af van de discipline en het geslacht van de hordeloper. De standaard hoogte bij de 110 meter voor de mannen is 106,7 centimeter.

    Hoeveel horden staan er op de baan bij het hordelopen?

    Over de afstand van 110 meter staan 10 horden, ook bij de andere afstanden staan er 10 horden op de baan.